PERSBERICHT

Den Haag, 10 juli 2006

Om het dreigende tekort aan personeel bij de overheid en in het onderwijs het hoofd te bieden zijn dringend maatregelen nodig. Dat vindt de Raad voor het Overheidspersoneelsbeleid (ROP), die vandaag advies (downloaden als pdf, 1,8 Mb) uitbrengt aan de minister van Binnenlandse Zaken. De ROP pleit voor een forse extra investering in scholing. Ook stelt de raad voor werkgevers in alle sectoren te verplichten bij te dragen in de kosten van kinderopvang. Ten slotte doet het kabinet er volgens de ROP verstandig aan de manier waarop wordt vastgesteld hoeveel ruimte werkgevers krijgen voor arbeidsvoorwaarden aan te passen zodat de concurrentiepositie van de collectieve sector wordt verbeterd.

Relatief hoge leeftijd en hoog opleidingsniveau van medewerkers maakt kwetsbaar

Bij de overheid en in het onderwijs dreigen in de komende jaren zowel in kwantitatieve als in kwalitatieve zin knelpunten te ontstaan op de arbeidsmarkt. De kwetsbaarheid schuilt vooral in de combinatie van (hoge) leeftijd en (hoog) opleidingsniveau. Bij de overheid en in het onderwijs werken relatief veel oudere medewerkers. Nu de babyboomgeneratie gaat uittreden, neemt de vraag naar nieuwe medewerkers in deze sectoren daarom sterk toe. Tegelijkertijd ontstaat op de arbeidsmarkt echter een tekort aan hoger opgeleide mensen. In de publieke sector werken twee tot drie keer zoveel hoger opgeleiden dan in de marktsector. Het vinden van nieuwe, geschikte medewerkers is daarom niet eenvoudig.

Huidige medewerkers behouden door scholing

De ROP adviseert de overheid en het onderwijs om de afhankelijkheid van de krappe arbeidsmarkt te beperken door huidige medewerkers stevig aan zich te binden. Door flink te investering in op- en bijscholing kan de publieke sector het loopbaanperspectief van medewerkers verbeteren. Zij worden daardoor breder inzetbaar. Medewerkers hebben het langer naar hun zin bij een werkgever als zij afwisselend werk hebben. De sociale partners zijn bereid om bindende afspraken te maken over de besteding van extra middelen voor scholing.

Herijking methode voor vaststelling ruimte voor arbeidsvoorwaarden

Voor bepaalde categorieën medewerkers bestaat er een grote kloof tussen de primaire arbeidsvoorwaarden bij de overheid en in de marktsector. Vooral de lonen voor hoger opgeleiden zijn in het bedrijfsleven sterk gestegen in de afgelopen jaren. Deze trend zal de komende jaren doorzetten. Het ‘referentiemodel’ dat de rijksoverheid gebruikt om vast te stellen welke ruimte werkgevers krijgen voor arbeidsvoorwaarden, doet onvoldoende recht aan deze ontwikkeling. De ROP pleit daarom voor herijking van het model.

Verplichte werkgeversbijdrage in kosten kinderopvang

Dankzij gunstige regelingen voor verlof, flexibele werktijden en de mogelijkheid om in deeltijd te werken is overheid een aantrekkelijke werkgever voor jonge ouders en voor mensen met andere zorgtaken. Maar vooral hoger opgeleiden, mannen en fulltimers stromen daarna vaak door naar de marktsector. De ROP vindt deze ‘spitsstrookfunctie’ uit maatschappelijk oogpunt belangrijk, maar constateert dat de overheid een onevenredig deel van de verantwoordelijkheid hiervoor voor haar rekening neemt. Door werkgevers te verplichten bij te dragen in de kosten van kinderopvang kan ook het bedrijfsleven een steentje bijdragen.

De Raad voor het Overheidspersoneelsbeleid (ROP)

De ROP is het adviescollege voor het kabinet op het gebied van personeelsbeleid binnen de overheid en het onderwijs, bestaande uit vertegenwoordigers van werknemers- en werkgeversorganisaties.

De leden van de ROP zijn:

Werkgevers (verenigd in het VSO):

  • Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties; Rijk (minbzk)
  • Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties; Politie (minbzk)
  • Minister van Justitie (minjust)
  • Minister van Defensie (mindef)
  • Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (minocw)
  • Unie van Waterschappen (UvW)
  • Interprovinciaal Werkgeversverband (IWV)
  • Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG)
  • Vereniging van Samenwerkende Nederlandse Universiteiten (VSNU)
  • Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU)
  • Werkgeversvereniging Onderzoeksinstellingen (WVOI)
  • HBO-raad vereniging van hogescholen (HBO-raad)
  • Bve Raad, brancheorganisatie voor middelbaar beroepsonderwijs en volwasseneneducatie (Bve Raad)

Werknemers (verenigd in de SCO):

  • Algemene Centrale van Overheidspersoneel (ACOP FNV)
  • Christelijke Centrale van Overheids- en Onderwijspersoneel (CCOOP)
  • Ambtenarencentrum (AC)
  • Centrale van Middelbare en Hogere Functionarissen bij Overheid Onderwijs, Bedrijven en Instellingen (CMHF)(Noot voor de redactie, niet voor publicatie)